Ik moet echt even een verkeerd idee de wereld uit helpen. Ik blijf namelijk het hardnekkige misverstand tegenkomen dat God, of beter gezegd, Jezus, de naam veranderde van de persoon die we nu meestal Paulus noemen.
Recent hoorde ik in een preek: ‘Zoals Saulus, de vervolger, Paulus de apostel kan worden, zo is God ook genadig voor ons’. In een tentamen schreef een van mijn slimste studenten: ‘Het is Saulus, die later Paulus heette, die de belangrijkste boodschapper van het Evangelie is’. Een gemeentelid vroeg mij: ‘Wacht, je bedoelt dat Jezus Saulus’ naam niet veranderde in Paulus op de weg naar Damascus?’
Het probleem is dat dit idee, hoe wijdverspreid ook, niet klopt. En nee, ik vind het niet leuk om op iemands tenen te trappen!
Populair maar on-Bijbels
Ik weet niet waar het idee vandaan komt, maar het lijkt erop dat het Saulus-wordt-Paulus-idee een projectie is van oudtestamentische gebeurtenissen op het leven van de grote apostel – ondanks dat sommige ijverige mensen er ongetwijfeld over nagedacht hebben.
Met die oudtestamentische gebeurtenissen doel ik erop dat God duidelijk de namen van twee oudtestamentische stamvaders veranderde: Abram werd Abraham (Genesis 17:5) en Jakob werd Israël (Genesis 32:28). Het idee leeft dat er dus iets vergelijkbaars gebeurde met Paulus toen hij Jezus ontmoette op de weg naar Damascus (Handelingen 9).
Er is echter geen Bijbels bewijs voor een naamsverandering van Saulus/Paulus. Hier zes Bijbelse aanwijzingen die bewijzen dat het populaire idee niet klopt.
1. Jezus noemt hem ‘Saul, Saul’ tijdens zijn bekering. (Handelingen 9:4)
Niets in het verhaal suggereert vervolgens dat Saulus’ naam is veranderd. In Galaten 1:15-17 vertelt Paulus dat hij vanaf zijn geboorte apart is gezet om te prediken voor de heidenen, maar nergens wordt er iets gezegd over een naamsverandering.
2. Ananias noemt hem ‘Saulus’ ná zijn bekering.
Hier wordt niets gezegd over een naamsverandering. Ananisas noemt Saulus, na zijn ontmoeting met Christus, nog steeds Saulus.
3. De Heilige Geest noemt hem ‘Saulus’ vóór zijn eerste zendingsreis.
Handelingen 13:2 zegt: ‘En terwijl zij de Heere dienden en vastten, zei de Heilige Geest: Zonder voor Mij zowel Barnabas als Saulus af voor het werk waartoe Ik hen geroepen heb.’ Het zou raar zijn als de Derde Persoon van de Drie-eenheid deze man bij zijn ‘vervolgersnaam’ zou blijven noemen als de Tweede Persoon hem een ‘apostelnaam’ had gegeven, vier hoofdstukken daarvoor .
4. Na zijn bekering wordt hij nóg 11 keer ‘Saulus’ genoemd.
Opnieuw: dat zou vreemd zijn als Jezus zijn naam veranderd had.
5. De cruciale overgang van ‘Saulus’ naar ‘Paulus’ vindt plaats als Paulus bij zijn zendingsreizen Jeruzalem achter zich laat.
Deze subtiele verandering verschijnt in Handelingen 13:13: ‘En Paulus en zij die bij hem waren, voeren weg’. De persoon die de naam ‘verandert’ is niet Jezus, maar Lukas.
6. Saulus en Paulus waren twee namen voor dezelfde persoon.
Handelingen 13:9 is de dooddoener: ‘Maar Saulus (die ook Paulus genoemd wordt), vervuld met de Heilige Geest’. Hier wordt de bekeerde persoon zowel Paulus als Saulus genoemd, en niet: ‘Saulus de vervolger’ die de nieuwe naam ‘Paulus de christen’ had gekregen. Er zijn dus verschillende namen voor dezelfde man, vóór en na zijn bekering.
Paulus en Saulus
Het lijkt erop dat ‘Saulus’ – afgeleid van de beroemde Israëlische koning Saul uit de stam Benjamin, de stam waar Saulus/Paulus zich ook bij rekent (Filippenzen 3:5) – simpelweg de Hebreeuwse naam is voor deze persoon. Paulus – een normale algemene naam – is zijn Griekse naam, afkomstig uit het Latijn.
Voor iemand die geboren was in Tarsus, maar onderwijs had gevolgd bij de farizeeër Gamaliël in Jeruzalem (Handelingen 22:3), was zo’n dubbele naam niet ongebruikelijk. Dit is vergelijkbaar met immigranten die naar Engelssprekende landen gaan en een Engelse vorm van hun eigen naam aannemen. Zo zouden veel Grieks sprekende Joden in Paulus’ tijd zowel een Joodse naam als een Griekse naam hebben gehad.
Nog een hard bewijs: als Paulus over zijn bekering vertelt, dan benoemt hij met nadruk dat Jezus in de Hebreeuwse taal tot hem sprak en zei: Saul, Saul, waarom vervolgt u Mij?’ (Handelingen 26:14). Paulus legt er dus de nadruk op hoe Jezus hem in de Hebreeuwse taal riep, en zegt er helemaal niets over dat hij een nieuwe naam gekregen zou hebben.
Als Saulus/Paulus begint aan zijn op-de-heidenen-gerichte bediening onder voornamelijk Grieks sprekenden, begint Lukas (de schrijver van Handelingen) hem uitsluitend te noemen bij zijn Griekse naam. Het is ook niet verrassend dat hij later ook in Jeruzalem wordt aangeduid met Paulus, omdat daar Grieks sprekenden waren.
Inderdaad, Lukas zou een nieuw thema kunnen starten in hoofdstuk 13 door van Saulus over te gaan naar Paulus, gezien het brede thema van Handelingen (bijv. 1:8). Tenslotte verschuift ook de kerk haar centrum van het voornamelijk Joods-georiënteerde Jeruzalem naar het Grieks-georiënteerde ‘einde van de aarde’, zoals Rome.
Het hebben van twee namen van de apostel is niet uniek. Verschillende figuren in het Nieuwe Testament hebben twee namen: Joses, die later Barnabas genoemd wordt (Handelingen 4:36), Simeon, die ook Niger genoemd wordt (Handelingen 13:1) en Thomas, die ook Didymus genoemd wordt (Johannes 21:2). Ongetwijfeld zullen er nog meer voorbeelden zijn.
Waarom het er toe doet
Waarom is helderheid op dit punt belangrijk? Waarom zou ik -spreekwoordelijk- op iemands tenen willen trappen die deze naamsverandering van Saulus (bad guy) naar Paulus (good guy) als favoriet beeld van Gods genade gebruikt?
Theologische ideeën die niet geworteld zijn in Gods Woord – zelfs al zijn ze aantrekkelijk en nuttig – zijn absoluut niet te rechtvaardigen. De uitdrukking ‘Saulus wordt Paulus’ wordt vaak gebruikt om iemands bekering aan te duiden. Ik kan me voorstellen hoe makkelijk het is om toepassingen te maken met de gedachte dat ‘Saulus de vervolger’ de Messias ontmoette en zó veranderde, dat Jezus hem een nieuwe naam gaf. Misschien een mooie toepassing, maar zonder Bijbelse onderbouwing van zo’n idee, moeten we dit beeld niet gebruiken.
Dit principe geldt natuurlijk niet alleen voor deze situatie. Een ander wijdverspreid misverstand is dat de wijzen en de herders tegelijk bij de kribbe stonden. De wijzen waren er niet tegelijk; die vonden Jezus maanden later. We kunnen goede lessen uit de verkeerde tekst trekken en we kunnen verkeerde lessen uit de goede tekst trekken.
Als Gods volk zouden we moeten proberen om Gods woord zo nauwkeurig mogelijk te lezen en daar op ieder terrein trouw aan te zijn. Toepassingen die Schriftuurlijk lijken, maar het niet zo zijn, kunnen – zelfs als ze ‘nuttig’ of ‘cool’ zijn – gemakkelijk iemands geloof ondermijnen zodra ze zich realiseren dat ze zo lang misleid zijn.