Deze les spreekt over een krachtige waarheid: Gods tegenwoordigheid bij ons. Natuurlijk is er een verschil; God is alomtegenwoordig, Hij is overal. Maar de kracht van Zijn tegenwoordigheid, de vreugde in Zijn tegenwoordigheid, wil God aan Zijn volk geven. Dat is allereerst verbonden aan ons vertrouwen op het offer van Christus. Dat bespraken we de vorige keer. Wij kunnen in Gods tegenwoordigheid komen en vertrouwelijke omgang met Hem hebben vanwege Christus. In deze les is het belangrijk om te onderzoeken hoe Gods tegenwoordigheid en het maken van discipelen samengaan. Jezus zei: ‘Ga en maak discipelen onder alle volkeren, en Ik zal altijd met u zijn.’ Deze belofte van Zijn tegenwoordigheid was verbonden aan Zijn bevel om discipelen te maken.
God in het ‘heilige der heiligen’
Hopelijk begrijp je de tabernakel en Gods tegenwoordigheid daar, net als in de tempel; dat is wat Israël apart zette. Ja, God is overal, maar bij dit volk is Hij op een bijzondere manier. Dat geldt ook vandaag. Op een nog grootsere wijze. Wij zijn dat ‘heilige der heiligen’. Zijn Geest is binnen in mij, op dit moment. Wij mogen belijden: ‘Zijn tegenwoordigheid is met mij!’
En inderdaad, je hebt gelijk: het ‘Ga en maak discipelen’ in Mattheüs 28 gaat samen met de belofte: ‘Ik zal met u zijn.’ En ik heb gezien: áls mensen eropuit gaan en discipelen maken, ervaren ze Christus’ tegenwoordigheid op een nieuwe manier. Als ze in gevaarlijke situaties zijn, zoals we in de Schrift zien. Het is als ze hun leven in de waagschaal stellen …
Ja, gevaarlijke situaties, of gewoon: ‘Naast mij zit iemand die Christus niet kent. Ik ga het Evangelie met hem delen. O, dit voelt ongemakkelijk, ik ben zenuwachtig, ik weet niet hoe ik dit moet doen, ik ben bang.’ Al die emoties komen boven. En Jezus zegt: ‘Op dat moment ben ik bij jou. Ik ben met jou. Ik ben met jou. En jij hebt Mijn tegenwoordigheid nodig.’ Als wij ons toewijden aan het maken van discipelen, hebben we Gods tegenwoordigheid nodig. Dit kunnen wij niet zonder Gods tegenwoordigheid.
God is nabij
En wat ik zo geweldig vind, is als ik zie hoe mijn leerlingen discipelen gaan maken en dan die tegenwoordigheid van Christus op bovennatuurlijke wijze ervaren. Dan barsten ze van leven! Eens zou ik een man ontmoeten die al veertig jaar drugsverslaafd was, maar ik was ziek. Iemand die mij in de bediening hielp en die ik een beetje coachte, ging in mijn plaats. ’s Avonds belde hij me.
Francis, er is iets ongelooflijks gebeurd! Ik zei tegen hem: ‘Laten we een feestje vieren, want het is twintig jaar geleden dat je voor ’t laatst nuchter was op de eerste van de maand.’ We gingen naar een kiprestaurant en ik zei: ‘Wil je mij jou verhaal vertellen?’ Dat deed hij. ‘Ik was 19 jaar toen ik voor het eerst cocaïne probeerde. Mijn baas bracht wat mee naar het werk en ik vond het geweldig. Zodoende ben ik al veertig jaar verslaafd.’ Hij is nu 59. ‘Ik ben al veertig jaar verslaafd. Ik zal die dag nooit vergeten. Ik zat daar, ik werkte als een afwasser/kok, en hij bracht het mee en …’ Toen keek hij om zich heen. ‘Wacht eens … Dit is dat restaurant! Het was in deze ruimte dat ik voor het eerst … Want dit was eerst …’ En hij noemde de naam van het vroegere restaurant. De rillingen liepen over zijn lijf. Hij zei: ‘God bracht me terug naar de plek waar het allemaal begon! Veertig jaar … En Hij brengt me naar deze plek terug om verlost te worden!’
Mijn leerling vertelde: ‘Het was zo geweldig! We lachten, we waren zo blij …’ Hij had het bovennatuurlijke ervaren. Hij bevond zich in een onbekende situatie, maar hij voelde dat hij daar niet alleen was. Jezus was met hem. Jezus had alles geregeld.
Je bent niet alleen
Ik wil graag dat jullie in dat vertrouwen discipelen maken. ‘Doe ik dit in mijn eentje?’ Als Jezus zegt: ‘Ik zal met je zijn’, meent Hij dat. En mijn leerling … Hij zei onder andere: ‘Als ik ooit al aan God getwijfeld heb, zal ik dat voortaan nooit meer doen.’ Want hij had God ervaren. Het was Zijn tegenwoordigheid.
Ja, het is absoluut waar, er is kracht in het Evangelie. Maar er moet ook aan ons iets ‘anders’ zijn, waardoor mensen zien dat deze God onze gebeden verhoort. Deze God wandelt met ons. Dat zette Israël apart en dit zet ons apart, wanneer wij gehoorzamen aan Zijn bevel om discipelen te maken.