10 februari 2021

Wat moet ik doen
als ik porno heb gekeken?

door:

Tags: ,

Veel christelijk advies over pornoverslaving is zinloos – als in: het werkt niet mee aan daadwerkelijke vooruitgang in berouw, genezing en herstel. Het schiet vooral tekort in het aanpakken van de onderliggende problemen van pornogebruik. Christelijk advies zit vaak ofwel met haar hoofd volledig in de wolken van theologie en bijbelse verwijzingen of het bevat een oppervlakkige lijst van how-to’s, die in de werkelijkheid van het falen en de worsteling om nog te kunnen hopen, toch weerbarstig lijken. Hoe is het evangelie relevant in het falen en het opnieuw proberen? En weer falen en weer opnieuw proberen? En weer falen en weer opnieuw proberen?

Vaak laten we onze onhaalbare idealen dicteren wat we wel en niet zouden mogen zeggen – de problemen die we bespreken met de gemeente, met de persoon die worstelt, met de spiegel waar we inkijken. Mogen we bespreken wat Christus kan doen (en wat wij kunnen doen) direct na het pornografische genot? Of kijken we naar de hemel en hopen we maar op het beste? ‘Waarom zou je nadenken over hoe God je tegemoetkomt in de situatie van falen? Je zou überhaupt helemaal niet in een “na de porno” situatie moeten zitten.’ En toch zitten velen vaak in deze situatie. God kan wat doen in deze momenten van spijt en Hij zal dat ook doen.

Het is vaak op het moment na de gesloten deur, de duisternis, het licht van het scherm en de verborgen handeling – na het toegeven aan pornografisch genot – dat Satan zijn meest overtuigende web spint: bedreigende denkpatronen; onderhandelen met een afkeurende en afstandelijke God; ons in onszelf keren in zelfhaat. Het is het moment na het pornografische genot dat Satan zijn beste werk doet. Het is juist op dit moment, dat we het beste reddende werk van God nodig hebben. Hier zijn een aantal specifieke manieren om te zoeken naar genade, op dat moment na die duistere bezigheid van pornografisch genot:

1. Ken je vijand

Zodra je eraan hebt toegegeven stort je jezelf ofwel in de zelfhaat, ofwel in de zelf-vermijding. Satan is in beide gevallen tevreden. Beide wegen nemen zijn beschuldigingen voor waarheid aan (Mattheüs 16:23, 2 Korinthe 7:10). Erken dat je een persoonlijke vertegenwoordiger hebt die volledig is gefocust op jouw ondergang (Job 1:7, Efeze 2:2, Judas 1:19). Wat je ook ervaart – je gedachten, je haat, je impulsen, je emoties, je plannen, je ideeën – je moet in dit alles rekening houden met het feit dat Satan aan het werk is. Hoe sneller je dat vergeet, hoe makkelijker het is om te geloven in verborgen, verwrongen, subtiele, destructieve leugens. Wanneer Jezus de Farizeeën vertelt dat hun vader de duivel is – de grote leugenaar – is het natuurlijk geen verrassing dat zij dit zelf niet weten. Satan wil hen laten vergeten dat hij hun vader is, omdat het kwaad machtiger wordt wanneer het wordt vergeten (Johannes 8:44). Vergeet niet: nadat je hebt toegegeven zit je nog steeds middenin de strijd met een hardnekkige, kwade persoon, vastberaden om jouw leven te ontnemen, en hij heeft het nog niet te pakken.

2. Vecht tegen zelfhaat

Er is geen twijfel over mogelijk: Pornografie is het vervormen van onschuld voor de rauwe hunkering naar erotische lust. Het is een goede zaak dat je een bezwaard geweten hebt. Maar toen Judas zich realiseerde: ‘Ik heb gezondigd, want ik heb onschuldig bloed verraden!’ is het geen verrassing dat ‘hij vertrok, en hij ging heen en hing zich op’ (Mattheüs 27:4-5). Het is een veel voorkomend gevoel: de wil om jezelf te straffen voor het verraden van het onschuldige. In het vervormen van onschuld, vervormen we onszelf. Het is geen verrassing dat zelfmoordcijfers zo hoog zijn onder pornografie-gebruikers. ‘Ik ben niet goed genoeg als christen, een christen zoals de predikers en bloggers zouden willen dat ik zou zijn.’ Door de menselijke waardigheid te vervormen, vervormt de gebruiker uiteindelijk alleen maar meer – psychologische misvorming tot zelfhaat; tot zelfwalging. We bekritiseren, verachten en verafschuwen onszelf. Het ronddolen in zelfverachting en het gevoel boete te doen voor God voor zonde is een droevige en ijzeren marteling. Het is onjuist en het is afschuwelijke goddeloze onderdrukking. Maar genade heeft hier iets over te zeggen.

Het is geen verrassing dat David zulke diepe fysieke metaforen gebruikt, wanneer hij God smeekt om genade vanwege seksuele zonde: ‘Delg mijn overtreding uit,’ ‘was mij,’ ‘reinig mij,’ ‘in zonde heeft mijn moeder mij ontvangen,’ ‘ontzondig mij,’ ‘was mij’ (nogmaals), ‘delg mijn overtredingen uit,’ ‘schep in mij een rein hart’ (Psalm 51: 2, 3, 6, 7, 10, 11). Het is een eenvoudig, schreeuwend pleidooi: ‘Het zit in mij. Haal het ERUIT!’ ‘Stop mij.’ ‘Ik haat het.’ ‘Ik haat mezelf.’ ‘Reinig mij.’ God geeft ons een liturgie van verdriet en hoop die zich ontvouwt in hetzelfde gehuil. Vecht samen met David. Schreeuw het uit samen met David. Vervang het gekerm van menselijke zelfhaat door een ononderbroken oorlogskreet van goddelijke liefde.

Als je in de verleiding komt om erin rond te dolen, laat je (goede) intuïtieve haat tegen zonde je dan niet leiden om jezelf te haten. Wees geduldig met jezelf, want God is geduldig. Hij vecht voor je leven (Genesis 32:24; Johannes 10:10). Hij is je niet vergeten. Hij heeft je niet verlaten. Blijf samen met Hem vechten. Blijf snakken naar de zuivere lucht van goddelijk leven – de levengevende Geest (1 Korinthe 15:45).

3. Vecht tegen de mist

Direct na het genot treedt een wazige mist in werking. Jezus weet het. ‘Zalig zijn de reinen van hart, want zij zullen God zien’ (Mattheüs 5:8). Reinheid is een feest van goede en stralende daden. Wat is onreinheid? Het is een feest dat zichzelf isoleert, God, mens en zichzelf ontloopt, verdoofd, versuft, ongevoelig maakt. Seksuele onreinheid veroorzaakt een geestelijke staar. Nogmaals, het gevoel is gebruikelijk – browsergeschiedenis gewist, de rest van de dag verpest, sjouwend van taak tot taak, van persoon tot persoon – zonder betekenis, zonder persoon, zonder passie. Deze ervaring zit bij de verwennerij van pornografie inbegrepen.

Als we eerlijk zijn is er meestal niets aan te doen, behalve dan met de golf mee te stromen – de modder, de bedwelming. Maar blijf bidden (Efeze 6:18). Blijf naar lucht happen. Blijf wakker. Blijf ademen. De ochtend-genadegaven kunnen de emotionele resetknop zijn die we nodig hebben wanneer we onze emotionele browser hebben gebruikt voor pornografie (Klaagliederen 3:22-24). De klaagzanger snakt naar adem. Hij bidt datgene wat hijzelf niet voor elkaar krijgt. ‘De Heer is mijn deel … daarom zal ik op Hem hopen’ (Klaagliederen 3:24). Echt waar? Zul je op Hem hopen? Gebed is een daad van hoop. Het gebed is Gods werk in de klaagzanger. Zet de volgende stap. Blijf ademen. Zonder herhaalde overgave, zal de wazige mist uiteindelijk optrekken.

4. Bewaak anderen

Pornografie is een trainingssessie voor de vaardigheid om anderen voor je eigen persoonlijke plezier te gebruiken. Houd er rekening mee dat je nu geneigd bent om mensen met wie je een hechte relatie hebt op dezelfde manier als de mensen in de pornografie te gebruiken – met zelfzuchtig motief, met een verwaarloosde houding, zonder berouw. Pornografie legt ons relationele oogkleppen op – het belemmert sterk ons vermogen om echt van anderen te houden. Daarom is het belangrijk dat we er mee omgaan alsof we letterlijk fysieke oogkleppen op hebben: loop langzaam en accepteer dat je momenteel zeer kwetsbaar bent en geneigd bent om mensen om je heen als onmenselijk te behandelen. Na de overgave aan het genot is het heel belangrijk om in gedachten te houden dat degenen die je niet op je beeldscherm hebt staan, wel het respect en de waardigheid verdienen die je net niet hebt laten zien aan hen via het scherm.

Pornografie sust zijn gebruikers in een drama, een personage, een verhaal met een script en teksten en acties: er is één persoon om te behagen, er is één persoon die tevreden moet zijn; de één brengt offers, de ander ontvangt offers; een onmenselijke, een god. Er is zelfbeheersing nodig om te onthouden dat pornografie een vals verhaal is – om het valse drama dat pornografie ons geeft te bestrijden, moeten we actief minder aan onszelf denken en meer aan anderen: om de menselijke waardigheid te herinneren, de liefde van Christus voor de mensen om ons heen. De Geest werkt in ons om te voorkomen dat het vlees ons regeert (Galaten 5:17) – de Beschermer beschermt anderen tegen de gevolgen van ons denken dat we God zijn.

5. Belijd het aan een vriend

Belijd je zonde aan een vriend die het niet zal goedpraten, maar even belangrijk – die je ook niet zal slopen. Het gebeurt soms dat juist als we hulp zoeken om weer op te staan na het genot van pornografie (Spreuken 24:16), we door anderen weer terug naar de grond worden geduwd. Vind daarom een vriend die genezende hoop geeft als hij iemand z’n zonden hoort belijden. Het doel van zondebelijdenis is ‘opdat u gezond wordt’ en dat je ‘bid voor elkaar’ (Jakobus 5:16). De waarde van ‘het gebed van een rechtvaardig persoon’ is natuurlijk dat het grote kracht heeft (Jakobus 5:16). Kracht om wat te doen? Om ‘ons te reinigen van alle ongerechtigheid’ (1 Johannes 1:9). Zondebelijdenis aan een vriend (en het meest gepast is een vriend van hetzelfde geslacht) is geen barrière tussen de zondaar en Christus, maar het is een middel om gebrokenheid te herstellen. De wijze zondaar belijdt aan degenen die niet ‘de getroffenen aan de poort zullen verpletteren’ (Spreuken 22:22) noch ‘het kwade goed noemen en het goede kwaad’ (Jesaja 5:20).

6. Gebruik de overtuiging ten goede

Ja, na het genot kan er een wazige mist zijn. Maar er kan ook een stroom van overtuiging ontstaan – het ‘achteraf zien’ door spijt. ‘Toen Judas, die Hem verraden had, zag dat Hij veroordeeld was, kreeg hij berouw’ (Mattheüs 27:3). De overtuiging van Judas bracht hem echter op een verkeerd pad. Maar jij kunt jouw overtuiging gebruiken om juist weer het goede te doen. Paulus schrijft over de rebellie van Israël: ‘En deze dingen zijn gebeurd als voorbeelden voor ons, opdat wij niet zouden verlangen naar kwade dingen, zoals ook zij verlangd hebben’ (1 Korinthe 10:6). Soms verlangen we naar het kwaad. En in dat geval dienen wij als een voorbeeld voor onszelf.

Zoals Piper waarschijnlijk zou zeggen: ‘Verspil je spijt niet.’ Gebruik het voor Gods heerlijkheid en jouw vreugde. Stel grenzen. Gebruik de duidelijkheid die zeker zal vervagen vóór het volgende moment van verleiding om structuren te bouwen die dit zullen voorkomen. Je kunt wel doen alsof de methoden allemaal niet werken of dom zijn, maar de fundamentele waarheid is dit: als je geen formele structuren hebt opgezet om te voorkomen dat je naar pornografie kijkt in de toekomst zal het absoluut, met 100% zekerheid, opnieuw gebeuren. Als je geen structuren hebt, kun je niet kieskeurig zijn – kies iets. Hier zijn enkele methoden om uit te kiezen:

  • Koop Covenant Eyes of X3Watch voor al je apparaten.
  • Laat geen enkele browser-app op je iPhone achter die geen accountability-functie heeft.
  • Verwijder apps die een in-app browser hebben die een achterdeur heeft naar onverantwoord internetgebruik.
  • Vraag een vriend om de app-downloadfunctie op je telefoon te vergrendelen, zodat je standaard-browser geen optie is en je Google Chrome niet kunt downloaden (de Covenant Eyes / X3-app functioneert als de browser).
  • Verwijder foto’s die je hebt opgeslagen.
  • Vertel een vriend over de achterdeuren en cheat-codes die je in je achterzak hebt. Als je helemaal geen plan maakt, ga je gegarandeerd falen. Nergens is dit meer waar dan in de praktische strijd tegen het genot van pornografie.

7. Ken God

Onthoud dit: God houdt echt heel veel van je. Hij is bedroeft door ons (Genesis 6:6), in de gebrokenheid met ons en krachtig vóór ons (Psalm 34: 17-19). De mist kan onze weg naar God blokkeren: ‘Een onverstandig man weet hier niets van en een dwaas begrijpt dit niet’ (Psalm 92:6). Maar zelfs als we hem niet kunnen zien, zelfs als we hem niet gehoorzamen, laten we dan toch bidden: ‘God, verijdel onze plannen om ongehoorzaam te zijn’ (Nehemia 4:15) en: ‘Ik weet dat U alles vermag, en geen plan is onmogelijk voor U’ (Job 42:2). En meer dan wat dan ook: ‘God, help ons om al onze zorgen op U te werpen, want U zorgt voor ons’ (1 Petrus 5: 6-7).

Hij verlaat de zondaar niet. Hij verlaat diegene die zich heeft overgegeven niet. Wacht op Zijn liefde. ‘Bouw jezelf op … in de Heilige Geest,’ ‘blijf in de liefde van God, wachtend op de genade van onze Heere Jezus Christus die tot eeuwig leven leidt’ (Judas 1: 20021). Ken het verschil tussen het god-masker dat Satan draagt om je te misleiden: walgelijk, afstandelijk, niet beschikbaar, ongeïnteresseerd en onthoud het gezicht van wie God werkelijk is: liefhebbend, geduldig, betrokken, niet verbaasd, recht door zee en onwrikbaar in Zijn vasthouden van jou. Hij laat je niet los.

Meer toerusting