Er is iets waar ik de laatste tijd steeds meer van overtuigd ben geraakt: wat de kerk van vandaag vooral hard nodig heeft, is dat de Heilige Geest opnieuw gaat werken en doorwerkt in onze gemeenten. Het gaat me er niet alleen om dat de Heilige Geest moet neerdalen om ons nieuwe kracht en moed te geven. Nee, deze overtuiging heeft voor mij alles te maken met het feit dat Hij onze ogen moet openen voor de heerschappij van Jezus Christus, over ons leven en dat van anderen.
Als je deze overtuiging met me deelt en je voelt dat het je met kracht op het hart gebonden wordt, is het goed om je af te vragen: hoe kunnen we zeker weten dat deze overtuiging in ons hart wortel geschoten heeft? Oftewel: wat is het bewijs dat deze overtuiging echt de onze is geworden?
Hart voor het gebed
Ik heb de laatste tijd veel nagedacht over dit soort vragen. Volgens mij kun je ten minste twee dingen noemen die een teken aan de wand zijn.
Ten eerste kun je zeggen dat deze overtuiging echt wortel heeft geschoten als iemand een rijk gebedsleven heeft. Bidders kennen het geheim. Ik zou zelfs bijna zeggen dat alleen zij die regelmatig in gebed tot God komen deze overtuiging echt omarmen. Het feit dat ze bidden geeft immers blijk van het geloof dat alleen God, in en door de bediening van de Heilige Geest, het wonder van de wedergeboorte kan werken. Als we niet bidden laat dat zien dat we het nog altijd zelf denken te kunnen.
Als ik gelijk heb (als ons gebedsleven inderdaad een duidelijke bewijs is van onze overtuiging) dan zullen het juist de biddende mensen zijn die ernaar verlangen dat God in deze dagen opnieuw krachtig zal werken.
Opmerkelijk genoeg wordt deze link ook gelegd op een aantal sleutelmomenten in het evangelie van Lukas. Ten minste vier keer herkennen mensen Jezus als de Messias in de nabijheid van iemand die aan het bidden is:
- Vlak voordat Petrus erkent dat Jezus de Christus is, heeft Jezus in de eenzaamheid gebeden (Lukas 9:18-20).
- Petrus, Johannes en Jakobus gaan een berg op om te bidden en dan komt de stem van God uit de hemel; Hij openbaart niet alleen wie Jezus is, maar ook wat Zijn volgelingen zouden moeten doen in het licht van die kennis (Lukas 9:28-36).
- Tijdens Zijn doop worden de hemelen geopend terwijl Jezus aan het bidden is; de Heilige Geest daalt af en een stem uit de hemel bevestigt dat Jezus de Zoon van God is (Lukas 3:21-22).
- De oude Simeon en Anna zien in wie Jezus is door de bediening van de Heilige Geest, op het moment dat de dagelijkse gebeden opgezonden worden.
Deze details zijn belangrijk. Ik geloof dat ze ons zijn gegeven als aanwijzingen. Ze leren ons dat mensen tot Christus komen en Hem gaan volgen door het vernieuwende en doorgaande werk van de Heilige Geest – op het gebed.
Als we de overtuiging dat we de Geest nodig hebben echt omarmen, geven we onszelf huiswerk. Gebedshuiswerk.
Hart voor bijbeluitleg
Als we echt uitzien naar een nieuw en levensveranderend werk van de Heilige Geest is het gebed niet het enige dat een grote plaats in ons leven inneemt. We krijgen dan ook hart voor een prediking waarin de Bijbel wordt verklaard.
Als de gemeente onze grote afhankelijkheid van het werk van de Heilige Geest herontdekt, zullen gemeenteleden en predikanten ook gaan verlangen naar een heldere verkondiging van Gods Woord. Met andere woorden: degene die in gebed gaat, is dezelfde die niet anders kan dan zich overgeven aan de tekst van de Bijbel.
De Geest en de prediking
Ik realiseer me dat de meeste lezers het verband tussen de prediking en ons denken over de Heilige Geest niet direct zien. Veel mensen zijn tenslotte abusievelijk gaan geloven dat ze moeten kiezen tussen nadruk op het werk van de Geest en nadruk op het Woord van God. Je kunt helemaal gaan voor vurigheid en enthousiasme óf voor geestelijke volwassenheid, maar niet voor beide.
Je krijgt de indruk dat je je kunt aansluiten bij een kerk die door de Geest geleid wordt óf bij een gemeente waar het Woord centraal staat. Die beide dingen zouden niet samen kunnen gaan. Die gedachte zit er bij veel mensen diep in. Het is echter een misverstand dat we moeten kiezen of we ons willen richten op buitenstaanders of op mensen die al geloven.
Ik zal het maar eerlijk toegeven: ik heb het er onderhand wel een beetje mee gehad! Ik word zo moe van al die mensen die vanuit dat frame naar de kerk kijken! Alsof de Geest en het Woord op gespannen voet met elkaar staan. Dat is een valse tegenstelling en het wordt tijd dat we leren om niet meer vanuit die tegenstelling te denken.
Iemand die inziet dat de kerk de vernieuwende werking van de Heilige Geest nodig heeft, hecht niet alleen veel waarde aan het gebed, maar ook aan een prediking waarin de Bijbel helder uitgelegd wordt. Die gedachte ontleen ik aan het feit dat de bediening van de Heilige Geest altijd in nauwe verbinding staat met de bediening van het Woord.
Een voorbeeld vanuit de Schrift
Ik kan dit laten zien aan de hand van één bijbelgedeelte (al had ik ook vele andere teksten als voorbeeld kunnen nemen). Neem nu Hebreeën 3, en dan met name vers 7. Dat begint zo: ‘Daarom, zoals de Heilige Geest zegt…’
In deze zes woorden vinden we twee bijzondere verrassingen. Merk ten eerste op dat de schrijver van de brief de Heilige Geest aanwijst als de auteur van Psalm 95. Dat een opvallend gegeven waar je niet overheen moet lezen. Hij schrijft niet: ‘zoals de Bijbel zegt’, of ‘zoals de psalmist zegt’, of ‘zoals de schriften zeggen’, maar ‘zoals de Heilige Geest zegt’.
Het implicatie hiervan is belangrijk: als je de stem van de Heilige Geest wilt horen, zul je ontdekken dat er een nauw verband is met de Bijbeltekst. In de woorden die zo lang geleden op schrift gesteld zijn is de Heilige Geest namelijk aanwezig als auteur. Volgens mij was het John Piper die op Twitter iets schreef in de trant van: ‘Als je Gods stem wilt horen die tot je spreekt, ga dan naar je kamer, sluit de deur en lees hardop uit de Bijbel.’
Ik kan me daar helemaal in vinden. Het Woord van God is de stem van de Geest. We zijn er daarom van overtuigd dat een kerk die uitziet naar de doorwerking van de Heilige Geest noodzakelijkerwijs ook veel waarde hecht aan verklarende verkondiging van de Bijbel.
De tweede verrassing van Hebreeën 3:7 zit verstopt in de grammatica: het werkwoord staat in de tegenwoordige tijd! Ook dat is van grote betekenis. Psalm 95, in een ver verleden gegeven aan mensen die in een compleet andere tijd leefden, was vele generaties later nog altijd het levende Woord waarin God tegenwoordig was – en dat is het voor ons nu nog steeds. Hebreeën 3:7 bewijst dat er een doorgaande, nauwe relatie is tussen de Heilige Geest en het Woord van God dat verklaard wordt.
Conclusie
Nu zijn we waar we wezen moeten. We moeten ervan overtuigd zijn dat het vernieuwende werk van de Heilige Geest nodig is, en we weten dat die overtuiging is doorgedrongen tot in de vezels van ons bestaan als we het gebed en de prediking ook hoog hebben staan.
De laatste tijd heeft deze overtuiging met vernieuwde kracht voet aan de grond gekregen in mijn hart. Ik weet dat het geen verbeelding is, omdat het gebed en de prediking ook in toenemende mate impact hebben op mijn leven. En het is mijn verlangen dat dit ook voor jou zal gelden.
David Helm is een van de voorgangers in de Holy Trinity Church in Chcago en voorzitter van de Charles Simeon stichting, een opleidingsinstituut voor predikanten.