Een recent artikel van dr. R. Seldenrijk dat op internet circuleert bevat op het eerste gezicht bijzonder nieuws: een Israëlische arts en onderzoeker heeft ontdekt dat er een soort moleculaire handtekening van God in ons aller DNA staat in de vorm van zogenaamde zwavelbruggen die met een bijzonder regelmatig patroon in ons DNA voorkomen en dit bij elkaar houden. Dit patroon kan worden weergegeven met YHWH, een ‘handtekening van God’ dus. Dit verhaal klopt echter niet en is terecht al weer snel weerlegd in een artikel van het Reformatorisch Dagblad door een docent scheikunde die ons herinnert aan het simpele feit dat DNA geen zwavelbruggen kan bevatten omdat er geen zwavelatomen in voorkomen.
Dit verhaal wordt gebruikt door tegenstanders van de vaccinatie tegen het coronavirus. Volgens het artikel van Seldenrijk zou vaccineren niet alleen onnodig zijn, maar mogelijk de handtekening van God teniet kunnen doen (op basis van de misvatting dat een mRNA vaccin ons DNA zou veranderen).
Ik vind het verbazingwekkend dat christenen nu ineens en in dit verband een ‘handtekening van God’ in de schepping menen te kunnen ontdekken. Als ik de Bijbel lees zag Paulus zo’n 2000 jaar geleden de signalen van God duidelijk in de schepping (Romeinen 1:20). En zelfs nog weer 1000 jaar eerder zag David ze ook al glashelder (Psalm 19:1).
Dit roept de vraag op: hoe heeft God Zich aan ons bekend gemaakt? Is dat in de onjuiste verbeelding dat je de letters YHWH in ons DNA terugvindt? Ook zonder die handtekening is DNA al zo’n ongelooflijk wondermooi onderdeel van de schepping. Maar hoe en waar vinden we de naam van God op een manier die onomstotelijk vaststaat, onuitwisbaar is en voor altijd blijft bestaan?
God heeft Zich bekend gemaakt in de Zoon door Wie Hij de wereld gemaakt heeft en door Wie Hij ons van onze zonden reinigt (Hebreeën 1:1-4). In Jezus Christus, de Zoon van God, Die het Beeld is van de onzichtbare God. Alle dingen bestaan tezamen door Hem. Hij is ook de Eerstgeborene uit de doden (Kolossenzen 1:15-20). En dat is Hij nadat Hij Zich eerst heeft vernederd tot de dood aan het kruis. Maar daarom heeft God Hem ook bovenmate verhoogd en heeft Hem een naam geschonken boven alle naam, opdat in de Naam van Jezus zich zou buigen elke knie van hen die in de hemel, en die onder de aarde zijn, en elke tong zou belijden dat Jezus Christus de Heere is, tot heerlijkheid van God de Vader (Filippenzen 2:9-11). En wat is die naam? Dat wordt duidelijk als we beseffen dat Paulus hier Jesaja 45:23 citeert waar het YHWH Zelf is op wie dit van toepassing is.
Dus waar zien we de letters, of beter de naam van YHWH het meest helder, krachtig en duidelijk? In Jezus Christus en in Zijn dood en opstanding! In Hem woont heel de volheid van de Godheid lichamelijk (Kolossenzen 2:9). En dan volgt op die tekst iets dat zo wonderlijk is dat we de eeuwigheid nodig zullen hebben om dit te gaan begrijpen: ‘En u bent volmaakt geworden in Hem…’ (Kolossenzen 2:10). Als gelovigen zijn wij in Hem en Hij woont in ons door Zijn Geest. Niet alleen in ons DNA, maar in ons als totale mens. En dat wordt zichtbaar in ons leven want dan ‘doen wij de liefde aan die de band van de volmaaktheid is’ (Kolossenzen 3:14). Dan laten wij in ons leven de zelfopofferende liefde van Christus zien. De liefde waardoor we onze medemens de liefde van Christus laten zien in het evangelie. Ook de liefde waardoor we ons opofferen voor onze zieke medemens. De liefde waardoor we bereid zijn ongemak en moeite te verdragen vanwege beperkende maatregelen om onze kwetsbare medemensen te beschermen. De liefde waarmee we ook weer degenen steunen die in het bijzonder lijden onder de gevolgen van deze maatregelen. De liefde waarmee we onszelf mogen beschermen met de middelen die God in Zijn genade gegeven heeft om daardoor ook anderen te beschermen.
Een handtekening van God? Jazeker – in Christus en in Zijn kruis en opstanding!