Laat me je drie dingen geven waarvan ik denk dat ze ons kunnen helpen. Nummer 1 is, denk ik, dat je consequentie nodig hebt. Ik denk dat je consequentie nodig hebt. Een tijd, een plaats en een plan. Een tijd wanneer je je kan focussen op het Woord van God. Een plaats waar je niet afgeleid word. En een plan voor wat je aan gaat pakken. Ik lees door de hele Bijbel. Ik lees hem steeds opnieuw door. Ik zet me er niet meer toe om het in een jaar te doen, voor jullie is dat misschien geen druk, maar toen ik die druk op me legde, werd mijn toewijdingstijd opeens “Bijbel-snelleestijd”. En dat is niet het doel. Het doel is een gemeende gemeenschap met God tussen Ben en de Bijbel. En soms is dat een hoofdstuk, en soms zijn het een of twee verzen. Ik heb mezelf die vrijheid gegeven omdat het doel de gemeenschap met God is. En dat kan over een enkel vers gebeuren. Dus ik lees door de Bijbel. Het is goed om een plan te hebben. Soms schrijf ik Bijbelboeken uit omdat het er voor zorg dat ik langzaam ga. En dan schrijf ik het ook in mijn eigen woorden op. Maar ik neem een tijd wanneer ik me kan concentreren, een plaats waar ik naartoe kan gaan zonder afgeleid te worden, en een plan over hoe ik het aan ga pakken. En ik kwam erachter dat het me helpt. Ik heb nooit een sterke Christen ontmoet die niet dagelijks mediteert over de Woorden van God. Ik heb nooit een zwakke Christen ontmoet die dat wel doet.
En zo kom ik consequent tot het Woord van God. Maar niet alleen consequent, ook creatief. Creatief. Zoals toen ik verkering had met mijn vrouw. Ik had niet één telefoongesprek met haar tussen acht en half negen, wanneer de genegenheid voor elkaar aanwakkerden. “Oké, tot morgen”. En ophingen. We wenden elke manier van communicatie mogelijk aan. Als we stopten met bellen: “Jij moet op hangen”, “Nee, jij moet ophangen”… En als we dan opgehangen hadden sms’ten we verder. En als we op het kantoor waren mailden we verder. En daarna kwamen de rooksignalen: “Jij bent de” .. “mooiste”. Je zou alles gebruiken om te communiceren. Dus tussen mij en God ben ik constant op zoek en zeg: “Hoe gebruik ik de wereld rond me”. Hoe gebruik ik muziek? Maarten Luther hemelde muziek op. Het stond op de tweede plaats na het woord van God. Want door haar worden de emoties aangewakkerd. Hij zei: “Ik hou van muziek omdat het mijn genegenheid tot God aanwakkert”. Ik wandelde vaak ’s nachts. En ik wandelde als ik school had. En bij mij in de kerk was er een gebedstijd waar je je voor op kon geven. Voor één uur in de week. Ik gaf me op van elf tot twaalf op zondagavonden. En ik vreesde mijn kerk genoeg om te weten dat ik het echt zou doen als ik me inschreef. Dus ik gaf me op om te bidden en ik herinner me de eerste keer dat ik het deed. Als een jonge man knielde ik bij mijn bed en ik bad voor mezelf, mijn kamergenoten, de school, het schoolplein, de stad, de staat, de wereld. Toen keek ik op de klok, het had maar een minuut geduurd, verdorie. Ik viel in slaap. Ik voelde me er erg slecht over. Dus de volgende week had ik zoiets van “Oké, opnieuw”. Ik besliste om in mijn kledingkast te bidden, omdat ik wist dat God iets gezegd had over in je kast bidden. Maar mijn kledingkast zat vol met vieze kleren. Ik ging er in en zei: “oh, het is een beetje warm en donker en..”. Ik viel nog sneller in slaap. Dus realiseerde ik me dat de enige manier om dit te gaan doen was door in de buurt te wandelen. De enige manier om het te doen zonder vreemde gedachten in mijn hoofd te krijgen als ik op de helft van de zin was, was door hardop te praten. Dus als je me op zondagavonden zoekt, moet je een rondje door mijn buurt rijden. Ik zal de kerel zijn die aan het wandelen is. De buren dachten waarschijnlijk dat ik gek was. Want ik liep daar om elf uur en dat ging als: “En toen zei hij tegen mij…” en ik praat gewoon tegen God over wat er om gaat in mijn leven. Uiteindelijk kwam ik terecht op een voetbalveld van een middelbare school. En elke zondagavond zat ik daar onder de sterren mijn hart uit te storten voor God. En ik werd verliefd op Hem, op het voetbalveld. Dat was ons plekje. Samen met mijn stille tijd in de morgen was het gewoon een geheim plekje. Tegenwoordig hebben ik en mijn personeel één keer in de week een dag met de Heere. We gaan allemaal ergens naar toe, ontbijten samen, en brengen een hele dag door. En ik vind het geweldig als een nieuw personeelslid meeneem. Ze zijn zo bang dat ze zeggen: “Gaan we een dag lang stille tijd doen?”. Dan zeg ik: “Kom maar gewoon”. En ze gaan mee. En wat er meestal gebeurt is dat we tijd te kort hebben. Dat we, als we God die ruimte geven en ik mijn hart open en het zaadje van de waarheid er in laat zinken, dat Hij me daar ontmoet. En ik vond een consequente plaats. Je vindt creatieve manieren om Hem te ontmoeten.
En als laatste zou ik zeggen je vindt een gemeente. Mensen rond je die het Woord van God tot je kunnen spreken. Zodat we elkaar kunnen prijzen en aanmoedigen zolang het nog vandaag is. Zodat we niet verhard worden door de bedrieglijkheid van de zonde. Je hebt vrienden nodig zoals Randy waaraan je terug denkt toen ik hem iets vertelde over iets wat er omging in mijn leven terwijl we een basketbalwedstrijd aan het kijken waren. En hij zette de TV uit. Ik zei: “wat doe je?”. Hij zei: “wat ik ga doen is, ik ga voor je bidden”. Je hebt vrienden zoals deze nodig. Soms is alleen zijn met je Bijbel op je kamer niet het beste. Maarten Luther ontdekte dat toen hij depressief was. Hij zei: “Soms heb je het gezelschap van een goede vrouw nodig”. En bedoelde daarmee zijn vrouw omdat ze hem aan het lachen maakte, en er voor zorgde dat hij zichzelf niet zo serieus nam. Andere keren schreeuwde hij. En dat is prima. Dus ik krijg consequentie, creativiteit en gemeenschap zodat ik mijn ziel kan openen en Gods Woord er in kan vallen. En als laatste, bedankt voor jullie tijd, ik heb een aantal jaren geleden een boek over vuur gelezen. En als je wilt dat een vuurtje echt brand heb je drie dingen nodig. Het heet de vuurdriehoek. Je hebt warmte nodig. Je hebt brandstof nodig, boomstammen, en dingen die branden. En je hebt de wind die blaast nodig om het te verspreiden. Dat is wat je nodig hebt. Je hebt warmte, brandstof en wind nodig. Een aantal weken geleden was ik met wat vrienden aan het jagen (ik kom uit Texas). En we waren daar, en toen we daar waren, hadden ze een vuur gestookt die avond dat ze achtergelaten hadden, en ik was er niet. Ik kwam terug de volgende morgen, en ik zag de rook nog opstijgen maar het was helemaal wit. Het was as. En ik boog voorover, en duwde de as weg, want het smoort de kolen. En toen ik het as weg duwde waren er nog een paar kooltjes over. Dus ik deed er wat extra brandstof bij. Hout, takjes, gras. En toen begon ik te blazen. En deze eens vervagende kooltjes werden een vlam, werden een woedend vuur. En dat is waar je voor bedoeld bent. Dat ik als ik met God ben, Hem vraag om alle afgunst weg te vegen, de kooltjes, de vreemde onzekerheden, de afleidingen die me van Hem vandaan houden. En ik ben er achter gekomen dat Hij, als je in Christus bent, je laat zien dat er diep in jou een vuur voor Hem brandt. En dan vervul je je genegenheid voor God met gedachten over God. Want waar je over denkt is waar je om geeft. Waar je om geeft is wat je najaagt. En ja, Paulus bad dat onze liefde vervuld zou zijn met kennis. Zodat ik God vraag: “O Heer, als ik het Woord van God neem, en het naast mijn ziel leg, dat Uw Geest er over zou blazen. En mag de wind over mijn ziel blazen zodat mijn ziel een vlam van genegenheid voor Hem wordt”. Dat is mijn gebed voor jou.