Het is bijna Kerst. Het is een geweldige tijd om na te denken over onze gezalfde Koning Die het toneel van de menselijke geschiedenis heeft betreden – volledig God, volledig mens, God met ons. Hij kwam voor ons. Jezus kwam, niet om gediend te worden, maar om te dienen – om ons te dienen. Dat betekent dat Kerst in wezen onze nood benadrukt. Maar wat is onze nood? Dat is de vraag waar het allemaal om draait bij Kerst.
Een redder is geboren
Veel mensen proberen het evangelie zo te brengen dat het voldoet aan de behoeften die mensen vandaag de dag voelen. Maar dat is dwaasheid. De drie belangrijkste behoeften die het evangelie vervult, worden namelijk door bijna niemand gevoeld.
De drie belangrijkste behoeften die het evangelie vervult, worden namelijk door bijna niemand gevoeld.
In Romeinen 11:13-14 staat een explosief woord in het hart van het evangelie. Dat is het woord redden: ‘…tegen u, de heidenen, zeg ik: Voor zover ik de apostel van de heidenen ben, maak ik mijn bediening heerlijk, om daardoor zo mogelijk mijn verwanten wat betreft het vlees tot jaloersheid te verwekken en zo enigen van hen te redden (Romeinen 11:13-14, Engelse vertaling).
Het luid-klinkende, vreugdevolle, heerlijke woord in het hart van het evangelie is redden. Dat is waar het om gaat bij Kerst, toch? ‘Zie, ik verkondig u grote blijdschap, die voor heel het volk wezen zal, namelijk dat heden voor u geboren is de Zaligmaker, in de stad van David; Hij is Christus, de Heere’ (Lukas 2:10-11). We moeten gered worden. ‘U zult Hem de naam Jezus geven, want Hij zal Zijn volk zalig maken van hun zonden’ (Mattheüs 1:21).
Dit is het hart van Kerst en het evangelie: redding.
Gevoelde behoeften
Is gered worden een van de gevoelde behoeften in Nederland in de eenentwintigste eeuw? Worden mensen ’s ochtends wakker en zeggen ze: ‘Ik moet gered worden’? Gaan ze ’s nachts naar bed en zeggen ze: ‘Ik moet gered worden’? Nou, dat hangt er maar van af, toch?
Het hangt er vanaf wat je bedoelt met gered worden. Gered van wat? We zouden gered kunnen worden van financiële problemen – dat zou helpen. Dus de betekenis van gered worden in de Bijbel is niet vanzelfsprekend. Wordt die nood gevoeld in ons land, om gered te worden?
Laten we duidelijk maken wat de drie belangrijkste dingen zijn die het evangelie doet met redding. Die drie dingen vinden we in het vijfde hoofdstuk van de Romeinenbrief. Ik wil dit woord redden niet invullen met mijn evangelische jargon of mijn verhaal als wedergeboren christen. Ik wil het direct uit de Bijbel halen. Ik wil weten wat de Bijbel bedoelt met redding.
Gered van Gods toorn
De toorn van God is ons grootste probleem. Als die er niet was, zouden we het evangelie niet nodig hebben.
Laten we beginnen bij Romeinen 5:9: ‘Wij zullen, nu wij gerechtvaardigd zijn door Zijn bloed, veel meer door Hem behouden worden van de toorn.’ Dat is behoefte nummer één waarin Jezus voorziet.
De toorn van God is ons grootste probleem. Als die er niet was, zouden we het evangelie niet nodig hebben. Ik moet gered worden van de rechtvaardige en heilige toorn van God tegen mij. Dat is mijn grootste nood. Redding van de woede en de toorn van de almachtige God tegen mij.
Gered om vreugde
Laten we doorlezen: ‘Want als wij, toen wij vijanden waren, met God verzoend zijn door de dood van Zijn Zoon, hoeveel te meer zullen wij, nu wij verzoend zijn, behouden worden door Zijn leven. En dit niet alleen, maar wij verheugen ons ook in God, door onze Heere Jezus Christus’ (Romeinen 5:10-11, Engelse vertaling).
Het luid-klinkende, vreugdevolle, glorieuze woord in de kern van het evangelie is redding. Dat is waar het bij Kerst om gaat.
We zijn gered van de toorn van God en gered voor eeuwigdurende vreugde in God. Een van de diepste behoeften van elke menselijke ziel, ook al weten mensen het niet, is om gelukkig te zijn in iets dat groter is dan wat deze wereld te bieden heeft. Iedereen weet dat ze gelukkig willen zijn. Bijna niemand weet waar geluk te vinden is, en waarvoor ze gemaakt zijn, en waar dat diepe verlangen in hun hart om gaat. Het gaat allemaal om God.
Mensen proberen het op te lossen met geld en seks en televisie en ontspanning en succes, macht, familie, gezondheid, sporten – wat dan ook – maar het gaat allemaal om God. Deze tekst zegt dat we verzoend zijn nadat de toorn is afgehandeld. We zijn verzoend zodat we vreugde kunnen vinden in God.
Gered van het gif van de zonde
Ik ga even terug naar Mattheüs 1:21 die ik zojuist aanhaalde: ‘U zult Hem de naam Jezus geven, want Hij zal Zijn volk zalig maken van hun zonden’ (Mattheüs 1:21). Jezus redt ons niet alleen van de gevolgen van de zonde en de toorn, maar ook van het gif van de zonde en van de verdraaiende, vervuilende, afgodische lelijkheid van de zonde die alles in het leven verpest en mij dingen meer doet liefhebben dan ik God liefheb.
Ik moet van dat alles gezuiverd worden. Ik moet niet alleen bevrijd worden van de gevolgen van dood en toorn. De ziekte moet weggenomen worden.
De zekerheden van het evangelie
Het evangelie is bedoeld om deze drie dingen te doen:
- Het evangelie redt mij van de toorn van God.
- Het evangelie reinigt mij van de afgodische, giftige, alles verdraaiende zonde die ervoor zorgt dat ik andere dingen meer liefheb dan dat ik God liefheb.
- Het evangelie opent de toegang, door middel van verzoening, tot een zoete, diepe, steeds toenemende, alomvattende vreugde in mijn Maker voor altijd.
Het evangelie zorgt er niet voor dat mensen gered worden van armoede, of van ziekte, of van terrorisme, of van donkere tijden, of van de afwijzing van mannen, of van het ontvoeren en vermoorden van je dochter.
Begrijp me niet verkeerd. Ik geloof dat veel dingen beter worden in je leven als je Jezus vertrouwt. Maar misschien ook niet, want dat is geen garantie. Dat is geen onderdeel van het evangelie. Uiteindelijk zal alles beter worden: vernieuwde lichamen, gemeenschap met Jezus, alle zonde weggenomen, gerechtigheid op aarde. Die dingen komen eraan.
Maar tussen nu en de komst van Jezus of onze dood staat het evangelie garant voor deze drie dingen: mijn zonde wordt geleidelijk aan gereinigd, mijn schuld en de toorn van God wordt volledig weggenomen. en mijn intimiteit met God, mijn Vader, wordt steeds groter, zodat mijn ziel in Hem voldoening vindt – zelfs als al het andere in mijn leven wegvalt.
Het moeilijkste in de wereld
Voelen die drie dingen als behoeften voor Nederlandse 21ste-eeuwse mensen? Voor de meesten niet.
De toorn van God is ons grootste probleem. Als die er niet was, zouden we het evangelie niet nodig hebben.
De meesten mensen zien God als iets onbelangrijks. Ze beseffen niet dat Hij over hen gebogen staat met vlammende woede. De meesten van hen houden van hun zonde, haten het niet, vrezen het niet en vluchten er niet voor. De meesten van hen hebben genoeg vreugde, maar niet in God. Ze staan niet op en gaan niet naar bed op zoek naar een oplossing voor deze drie problemen. Daarom is de prediking van het evangelie hard werk. Het is zelfs onmogelijk werk.
Als het mijn taak was om te voldoen aan gevoelde behoeften, zou ik de Heilige Geest niet nodig hebben. Ik weet wat je gevoelde behoeften zijn en ik kan je een goed gevoel geven door je te vleien. Jullie zijn allemaal ijdel. Als ik je vertel dat je er vanmorgen echt goed uitziet, zul je me leuk vinden, en je zult terugkomen naar deze kerk, en waarschijnlijk geld geven. Iedereen wil gezien worden als slim en intelligent. Als ik je vertel dat je slim en intelligent bent, zouden we kunnen uitgroeien tot een grote gemeente.
Het is makkelijk om te voldoen aan gevoelde behoeften. Daarvoor is geen God nodig, geen Heilige Geest, geen evangelie. Het moeilijkste in de wereld is om de doden op te wekken, om de ogen van de blinden te openen, om oren te geven aan de geestelijk doven, om geloofsbenen te geven aan de kreupelen. Dat kan ik niet doen. Vraag je je af waarom ik bid voordat ik ga prediken? Als God nu niet iets doet, ben ik maar een beetje in het luchtledige aan het praten.