11 maart 2021

Wat christenen moeten weten over vaccins

REDACTIE:
Dit artikel werd 18 juni 2019 gepubliceerd door The Gospel Coalition in Amerika. De relevantie van de inhoud is met de uitbraak van het coronavirus alleen maar toegenomen. De ethische en maatschappelijke vragen rondom vaccineren blijven onderwerp van veel discussie.

Het is goed om te bedenken dat de schrijver op dat moment nog niet kon spreken over de recent ontwikkelde vaccins ter bestrijding van COVID-19. De punten die Carter bespreekt blijven echter ook voor deze vaccins (inclusief de nieuwe mRNA vaccins) van belang en daarom publiceren we dit artikel.

Wat is er gebeurd?

Onlangs was er in New York een uitbraak van de mazelen (juni 2019, red.). Deze uitbraak ontstond in orthodox-joodse gemeenschappen. Om die reden stemden de wetgevers in New York ervoor dat mensen geen vrijstelling meer konden krijgen voor inentingen om religieuze redenen.

Gouverneur Andrew M. Cuomo noemde het een noodsituatie vanwege de volksgezondheid. Om die reden heeft hij het wetsvoorstel onmiddellijk ondertekend. ‘Ik begrijp en respecteer de vrijheid van godsdienst. Maar het is onze eerste taak om de volksgezondheid te beschermen,’ zei Cuomo in een verklaring. Hij voegde daaraan toe dat de nieuwe wet ‘zal helpen verdere besmettingen te voorkomen en de uitbraak onmiddelijk in de kiem te smoren.’

Door het weigeren van vrijstelling voor vaccinatie op religieuze gronden sluit New York sluit zich aan bij Californië, Mississippi en West Virginia die eenzelfde besluit genomen hebben.

Wat zijn vaccins en inentingen?

Een vaccin wordt gemaakt van dezelfde ziektekiemen die ziekte veroorzaken. Dat wordt gedaan met behulp van extreem kleine hoeveelheden zwakke of dode micro-organismen zoals virussen, bacteriën of onschadelijke giffen. Een vaccin stimuleert je immuunsysteem om antilichamen aan te maken. Dit gebeurt op precies dezelfde manier als wanneer je echt besmet zou zijn met de ziekte. Nadat je je hebt laten vaccineren, ontwikkel je immuniteit voor die ziekte. Een vaccinatie is dus een manier om immuun te worden zonder de ziekte zelf te krijgen.

Een vaccinatie houdt in dat je een vaccin krijgt, meestal in de vorm van een prik. Het proces van het immuun worden voor (d.w.z., beschermd worden tegen) een ziekte heet immunisatie.

Wat zijn de voordelen van vaccinaties?

Vaccins hebben in de loop van de geschiedenis bewezen een van de beste uitvindingen van de mensheid te zijn. Het is de krachtigste en meest effectieve manier om ziekte te verminderen en de wereldwijde gezondheid te verbeteren.

Doordat kinderen aanbevolen vaccins krijgen, worden er wereldwijd per jaar ongeveer 3 miljoen sterfgevallen voorkomen. Daarnaast wordt een nog groter aantal ziektegevallen en aanzienlijke lichamelijke beperkingen als gevolg van ziekte door deze vaccinaties voorkomen. Voor kinderen die in 2009 in de Verenigde Staten zijn geboren, zal een routinematige kindervaccinatie naar schatting 42.000 vroege sterfgevallen en 20 miljoen ziektegevallen voorkomen. Er zouden echter nog een extra 1,5 miljoen sterfgevallen vermeden kunnen worden als er wereldwijd meer wordt gevaccineerd.

Waarom zijn individuele vaccinaties een kwestie van volksgezondheid of van maatschappelijk belang?

Het doel van vaccinaties is niet alleen om een individu te beschermen, maar ook om een hele gemeenschap te beschermen tegen ziekte. Wanneer een groot deel van een gemeenschap immuun is tegen een besmettelijke ziekte (meestal tussen 85 en 95 procent), worden de overige leden ook beschermd. Er is in een dergelijke situatie namelijk weinig kans op een uitbraak. Sommige mensen komen niet in aanmerking voor bepaalde vaccins – zoals baby’s, zwangere vrouwen of personen waarvan het immuunsysteem is aangetast (bijvoorbeeld kinderen met leukemie). Maar toch krijgen zelfs zij enige bescherming omdat de verspreiding van de besmettelijke ziekte wordt ingeperkt. Dit wordt ook wel ‘groepsimmuniteit’ genoemd. Deze groepsimmuniteit is het grootste voordeel van vaccins, zowel voor individuen als voor de maatschappij.

Wat maakt het uit als individuen een vrijstelling voor vaccinaties krijgen?

Sommige ouders weigeren om hun kinderen te vaccineren om levensbeschouwelijke redenen. Met die keuze verhogen ze echter wel het risico voor de hele gemeenschap om de ziekte te krijgen.

Statistici kunnen voor elk virus berekenen hoeveel procent van de mensen ten minste immuun moet zijn om groepsimmuniteit te bereiken en een uitbraak te voorkomen. We hebben slechts ongeveer 85 procent van de gemeenschap nodig om beschermd te zijn tegen rode hond, pokken en difterie, om zo een uitbraak te voorkomen. Maar ziekten zoals kinkhoest en de mazelen vereisen ten minste 94 procent immuniteit. Daarom stellen veel gezondheidsdeskundigen dat vrijstellingen voor vaccinaties beperkt moeten blijven tot degenen die echt niet gevaccineerd kunnen worden vanwege gezondheidsredenen.

Zijn vaccins veilig?

Het Institute for Medicin is de gezondheidstak van de National Academy of Sciences in Amerika. Het is een onafhankelijke non-profit organisatie die buiten de Amerikaanse overheid om werkt. Het instituut geeft onpartijdig en gezaghebbend advies aan besluitvormers en de bevolking. Dit instituut maakte in 2011 een analyse van meer dan duizend onderzoeksartikelen over vaccins. De analyse van een commissie van deskundigen concludeerde dat weinig gezondheidsproblemen worden veroorzaakt door of duidelijk verband houden met vaccins.

Net als alle andere medicijnen kunnen vaccins echter wel bijwerkingen veroorzaken. Bij het onderzoek naar mogelijke schadelijke effecten van vaccins werd overtuigend bewijs gevonden van veertien gezondheidsrisico’s. Vaccins kunnen onder meer aanvallen, hersenontstekingen en flauwvallen veroorzaken. Deze resultaten komen echter zeer zelden voor. De meest voorkomende bijwerkingen zijn mild, zoals roodheid en zwelling op de plek waar de prik werd gegeven.

Maar kunnen vaccins geen autisme veroorzaken?

In meer dan dertig jaar onderzoek is er geen oorzakelijk verband vastgesteld tussen vaccinaties en autisme. In een studie van het CDC (het Amerikaanse RIVM) van 2013 is bijvoorbeeld gekeken naar het aantal antigenen in het lichaam gedurende de eerste twee levensjaren. Antigenen zijn stoffen in vaccins die ervoor zorgen dat het immuunsysteem van het lichaam ziektebestrijdende antilichamen produceert. De resultaten toonden aan dat de totale hoeveelheid antigenen uit de ontvangen vaccins gelijk was bij kinderen met een autismespectrumstoornis en degenen die een dergelijk stoornis niet hadden.

Sommige mensen negeren het overweldigende bewijs en geloven nog steeds dat het verband bestaat. Een van de redenen daarvoor is dat het idee geloofwaardig werd gemaakt in 1998, toen het Britse medische tijdschrift The Lancet een frauduleus onderzoeksdocument publiceerde.

Dat document werd later ingetrokken. De hoofdonderzoeker, een Britse chirurg genaamd Andrew Wakefield, bleek namelijk de gegevens te hebben gemanipuleerd. Hij had niet onthuld dat hij meer dan 600.000 dollar betaald had gekregen door advocaten die een rechtszaak tegen vaccinproducenten wilden winnen. Wakefield bleek ook talrijke schendingen van de medische ethiek te hebben begaan. Zo gebruikte hij in zijn studie enkele kinderen die ook betrokken waren bij de rechtszaak. In mei 2010 herriepen de Britse regelgevers de vergunning van Wakefield, omdat hij schuldig was bevonden aan ‘ernstig professioneel wangedrag’. Ze concludeerden dat zijn werk ‘onverantwoord en oneerlijk’ was en dat hij ‘harteloos en minachtend was’ richting de kinderen in zijn studie.

Wakefield is dus ongeloofwaardig vanwege zijn fraude en onethisch gedrag. Toch wordt hij nog steeds beschouwd als de primaire bron en als held voor degenen die ten onrechte geloven in het verband tussen autisme en vaccins.

Hoe zit het met vaccins die gemaakt zijn van weefsel van geaborteerde foetussen?

Er zijn op dit moment geen vaccins die gemaakt zijn met cellen die rechtstreeks uit de lichamen van geaborteerde foetussen zijn gehaald. Er zijn echter enkele vaccins gemaakt van cellijnen (zoals WI-38, MRC-5, HEK-293, PER C6 en WI-26) die zijn afgeleid van weefsel afkomstig van geaborteerde foetussen uit de jaren ’60. (Een andere cellijn is gemaakt van een geaborteerde foetus in China in 2015. Er lijken momenteel echter geen vaccins te zijn die gebruik maken van die cellijn.) Zoals het National Catholic Bioethics Center uitlegt:

Elk product dat in deze of andere cellijnen wordt gekweekt en afkomstig is van abortussen, heeft dus een indirect verband met een abortus. De cellen in deze lijnen zijn meerdere keren vermenigvuldigd voordat ze zijn gebruikt bij de productie van vaccins. Na de productie worden de vaccins uit de cellijnen verwijderd en gezuiverd. Het is dus niet zorgvuldig om te stellen dat de vaccins een van de cellen van de oorspronkelijke abortus bevatten.

Veel mensen vragen zich af of het gebruik van de momenteel beschikbare vaccins wel toegestaan is of juist immoreel. De belangrijkste overweging bij die vraag is of er sprake is van betrokkenheid bij een abortus. Stel dat de abortus zou worden uitgevoerd met als doel om weefsel te verwerven voor de ontwikkeling van vaccins. In dat geval zou het gebruik van vaccins overduidelijk immoreel zijn. Maar in het geval van de vaccins die tot dusver zijn gemaakt (van de hierboven genoemde cellijnen), werd de abortus om andere redenen uitgevoerd. Het weefsel werd pas na de abortus verworven voor medisch onderzoek.

Om te bepalen of het gebruik van het weefsel moreel is, is het nuttig om het te vergelijken met een andere situatie: het gebruik van organen van een persoon die is vermoord.

Als een arts zou voorstellen aan een christelijke patiënt om een nier of hart van een vermoord slachtoffer te transplanteren, zouden we daar waarschijnlijk geen moreel bezwaar tegen hebben. Onze eerste zorg zou zijn of het slachtoffer vóór zijn of haar dood instemde met orgaandonatie. Maar niemand zou stellen dat de christen die het orgaan heeft ontvangen op enige wijze moreel verantwoordelijk is voor de moord. We zouden ons ook niet te veel zorgen maken over een ‘hellend vlak’, dat meer mensen vermoord zouden worden voor orgaandonaties. (Als we daar echter bewijzen voor zagen, moeten we dat wel serieus meenemen in onze overweging!)

Moeten er vrijstellingen komen voor vaccinaties op basis van godsdienstvrijheid of ouderlijke rechten?

Deze vraag is complex. Zoals de theoloog Al Mohler onlangs zei:

Ik ben een groot voorstander van vaccinatie. Maar ik ben ook pro-ouderlijke rechten. Ook wil ik een fervent verdediger van godsdienstvrijheid zijn. In dit soort situaties is het erg ingewikkeld omdat christenen van goede wil, dat moet gezegd worden, tot verschillende conclusies kunnen komen over vaccins. Over specifieke vaccins, en in specifieke gevallen zelfs over specifieke kinderen.

Bij het doordenken van deze kwestie zijn er vier factoren waar christenen rekening mee moeten houden.

Ten eerste, zoals ouderling en kinderarts Scott James zegt, ‘als wij die de gedachten van Christus hebben (1 Korinthe 2:16) de vragen rondom vaccinatie in ogenschouw nemen, moeten we ernaar streven om Hem te eren met de manier waarop we die gedachten gebruiken.’ Als christenen zouden we ons standpunt over inentingen moeten baseren op het beste beschikbare empirische bewijs en niet op anti-wetenschappelijke propaganda, anekdotes, beroemdheden die het niet steunen of ongerechtvaardigde scepsis richting overheidsinstellingen zoals, in het Nederlandse geval, het RIVM.

Ten tweede moeten we streven naar het algemeen belang (Jeremia 29:7). Als we kinderen niet laten vaccineren, is de schade veel groter dan als we ze wel vaccineren, zowel fysiek als moreel. Door onze kinderen wel te vaccineren, dragen we bij aan groepsimmuniteit. Zo beschermen we degenen die bepaalde vaccinaties niet kunnen krijgen als gevolg van allergieën, leeftijd of een verzwakt immuunsysteem. Godsdienstvrijheid of onze zorg voor de rechten van de ouders zijn belangrijk. Maar dat mogen we nooit gebruiken als dekmantel voor een keuze die aanzienlijke schade kan toebrengen aan onze naasten – de naasten die we moeten liefhebben (Mattheüs 22:36-40).

Ten derde moeten we niet vergeten dat gereformeerden traditioneel gezien hun vrijheid niet hebben gebruikt om vaccinaties te vermijden. Integendeel, gereformeerden hebben altijd vooropgelopen bij het bevorderen van vaccinaties! De Amerikaanse gereformeerde theoloog Jonathan Edwards stierf in 1758. Hij overleed aan complicaties die zich voordeden na het verkeerd toedienen van de pokkenvaccinatie. Ondanks deze tegenslag, zoals Mohler opmerkt, ‘werden de christenen in de Verenigde Staten direct na de dood van Jonathan Edwards een van de vurigste voorstanders van vaccinaties. Ze zagen vaccinaties als Gods geschenk door middel van de wetenschap van de moderne geneeskunde. Het weerspiegelde de orde van het heelal. Ze zagen het als geschenk dat God ons heeft gegeven en als uiting van algemene genade.’

Ten vierde moeten we ook de gevolgen van onze acties accepteren. Natuurlijk hebben we als ouders of gelovigen het recht om af te zien van inentingen. Maar als we ervoor kiezen om onze kinderen niet in te enten, moeten we accepteren dat er enkele openbare instellingen zijn waar ze niet aan kunnen deelnemen. Ook is een ouder die weigert zijn kind te laten vaccineren moreel verantwoordelijk voor het resultaat van die keuze. Als hun kind ziek zou worden en/of zou sterven doordat het geen vaccin had gekregen, of andere kinderen ziek zou maken, zouden de ouders moreel aansprakelijk zijn.

Meer toerusting