Het ging niet over een festival. Ook niet over de opening van een nieuwe winkel. Het ging zelfs niet over een afgeprijsde pizza. Het was een uitnodiging. Ik was ‘van harte welkom’.
We stonden voor een of andere zeepachtig zaakje middenin Den Haag. Onze ‘personal styliste’ nam even een momentje voor haarzelf. Ze was een klein winkeltje ingeschoten waar onder andere stukken zeep lagen, die in grootte en vorm gelijk waren aan een hele kaas. Menig mannelijk neus verdraagt de lucht in zo’n zaakie niet, dus geduldig wachtten een vriend en ik voor de drempel van de winkel, tot madame uitgesnuffeld zou zijn.
‘7 dingen die u moet weten’, stond op de uitnodiging afgedrukt.
Terwijl we stonden te wachten, werd me een foldertje in handen geduwd. Van twee wildvreemde jongens, net iets ouder dan ik, kreeg ik de uitnodiging om zondags eens langs te komen. Ik was van harte welkom op de Vrederustlaan 96 in Den Haag. ‘Elke zondag is er een grote dienst van lofprijs en aanbidding om 16:00. Een kerk voor alle naties.’
‘7 dingen die u moet weten’, stond op de uitnodiging afgedrukt. Die 7 dingen waren vast 7 kerkelijke geboden, voor het geval je langs zou komen. Zoiets als kledingvoorschriften: hoeden, petten, rokken en pakken. En misschien ook nog wel de vraag om een flinke duit aan collectegeld mee te nemen.
Toch niet. De 7 dingen die iedereen moest weten, waren zeven Bijbelteksten. Ik citeer:
- We zijn geschapen door God.
(Genesis 1:27) - De mens heeft gezondigd en is daardoor afstandelijk van Hem.
(Romeinen 3:23) - Het gevolg van zonde is de eeuwige dood.
(Romeinen 6:23) - God houdt van de zondaar en heeft een reddingsplan voorbereid.
(Johannes 3:16) - Redding is alleen mogelijk door Jezus Christus.
(Handelingen 4:12) - We moeten berouw tonen en bekeren tot Jezus Christus.
(Handelingen 3:19) - We worden gered als we Jezus Christus aannemen,
belijden en in Hem geloven. (Romeinen 10:9)
Die twee gasten waren slechts de bezorgers. De uitnodiging zelf kwam van God.
Bijzonder. Toch geen uitnodiging van twee wildvreemden. Die twee gasten waren slechts de bezorgers. De uitnodiging zelf kwam van God. Tenminste, dat neem ik aan, gezien het feit dat ik welkom was in Zíjn huis. Ik ben die twee ‘bezorgers’ meteen achterna gerend om even een praatje met ze te maken.
Ik dacht: misschien moesten wij de deuren van onze kerk ook ietsjes wijder open zetten. En wellicht kan de drempel bij ons ook wat lager. Hoog tijd om een kerk voor alle naties te worden. Een kerk voor álle verschillende soorten mensen…
Hoewel, eigenlijk een kerk voor maar één soort mensen: zondaren. Een kerk, ook open voor jouw hoogst irritante buurman. En voor de verkoopster uit het ‘viezezeepluchtenzaakje’. Voor je vloekende klasgenoot. Voor je eigenwijze collega. Voor je hooghartige leidinggevende…
Help je mee om Gods uitnodigingen te versturen? Hij is hard op zoek naar bezorgers. Vind ik nou echt wat voor jou!