“De enige herinnering van mijn vader is zijn harde handen en de materialen waarmee hij mij strafte. Ik heb mijn vader gehaat.” Nadat Jack Nugter tot geloof kwam vond hij de bereidheid om zijn vader te vergeven en hem om vergeving te vragen.
Nooit heeft Jack liefde ontvangen van zijn vader. “Ik kan niets leuks herinneren. Ja, ik haatte mijn vader.” Zijn houding veranderde na zijn bekering. “Op 35-jarige leeftijd kwam ik tot geloof. Ik vond het geloof de grootste onzin. Maar na een zoektocht van twee jaar heb ik de Heere Jezus ontmoet. Toen begreep ik dat ik een zondaar was en Zijn vergevingsgezindheid nodig had. Vanaf dat moment was ik een nieuwe schepping en ben ik gaan genieten van het leven. Het is zo geweldig om de Heere Jezus te leren kennen en Zijn voetstappen te volgen. Tot op de dag van vandaag ben ik blij dat ik christen ben en tot het eind van mijn leven hoop ik Hem uit te dragen.”
Door Jack geloofde dat Jezus al zijn fouten op Zich had genomen, leerde hij anders naar zijn vader te kijken. “In Romeinen 5 las ik dat Jezus bereid was om voor mij te sterven, terwijl ik niets van Hem wilde weten. Na jarenlang worstelen nam ik die vergevingsgezinde houding over. Ik vond dat ik mijn vader om vergeving moest vragen. Hij is geen christen. Van binnen wist ik: ik moet hem vergeven. Dat was echt niet gemakkelijk. Toch zei ik tegen hem: ‘wilt u vergeven dat ik vroeger zo’n moeilijke jongen was?’ Hij zei niks. Helemaal niks. Maar op het moment dat ik die woorden had uitgesproken, kwam er een enorme bevrijding in mijn hart.”
“Ik besefte: ‘Op deze manier heeft Jezus ook mij vergeven’. Vergeving heb ik van mijn vader nooit ontvangen, maar ik was bevrijd van het opeisen van mijn rechten als zoon, het jarenlange worstelen en de last die dit met zich meedroeg. Soms kunnen we wachten tot we een ons wegen, voordat een ander vergeving vraagt. Ben je bereid om het zelf te zeggen? Dan begint het genezingsproces in je eigen hart.” Jack kan zijn tranen niet bedwingen. “Deze dingen zijn echt niet gemakkelijk,” herhaalt hij. “Als Hij bereid is Zijn leven te geven, wie zijn wij dan die vergevingsgezindheid niet toe te laten in ons leven? Het zet je vrij.”
Na jarenlang worstelen nam ik die vergevingsgezinde houding over. Ik vond dat ik mijn vader om vergeving moest vragen. Hij is geen christen. Van binnen wist ik: ik moet hem vergeven.
Ook vertelt de spreker over de tegenstand die hij na zijn bekering in zijn familie ervoer. “Twee broers en een zus wilden niets van het Evangelie weten. Ook mijn ouders niet. Ze verboden het zelfs om er thuis over te praten. Eén ding konden we wel doen: bidden dat Gods Geest aan het werk gaat en misschien een ander op hun pad brengt om hen te overtuigen. Soms beantwoordt de Heere dat gebed niet. Maar Hij laat een bidder niet staan. Daar ben ik van overtuigd. Mijn moeder wilde niets van het geloof weten. Totdat ze een hersenbloeding kreeg en verlamd raakte.”
Jacks moeder kwam in een verzorgingstehuis terecht en wilde na drie jaar opgeven. “Met mijn schoonzoon en vrouw gingen we naar haar toe. We hebben altijd voor haar gebeden. Op haar sterfbed kwam mijn moeder tot geloof en bekering. Een voorganger heeft ooit gezegd: ‘In de laatste ademnood van een mens ligt nog steeds de oceaan van Gods genade.’ De realiteit is dat je soms niet met mensen over Hem kunt praten. Maar je kunt altijd je geliefden bij je hemelse Vader brengen en bidden of de Heere in hen wil werken.”
“Soms staan we God in de weg. Dat is een zoektocht en is de realiteit van ons bestaan. Zoek het bij Hem. Dat geeft ook rust in je eigen hart. Soms veranderen de omstandigheden niet, maar verander jij in die omstandigheden. Dat is een geweldig werk van God.”