‘Heere, mijn Rots en Verlosser, wat heeft U bewogen om met mensen zoals wij om te gaan?’ Met deze woorden begon Leander Janse zijn lezing in Ermelo. Hij spreekt over de rijkdom van het evangelie: uitverkoren, geadopteerd en verlost worden door de liefdevolle God. ‘We hebben de verlossing door Zijn bloed,’ staat in de Efeze-brief, ‘namelijk de vergeving van onze zonden.’ Dit is geen oppervlakkige zaak: ‘God kan niet zomaar door Zijn vingers kijken en ons binnenlaten,’ legt hij uit. Het kostte Jezus’ leven, zodat wij in Gods gezin mogen komen.
‘Hoe kan God een slechterik als ik, een hypocriet zoals wij allemaal, in zijn gezin brengen? Dat is onmogelijk zonder verlossing.’ Leander benadrukt dat verlossing allesomvattend is: ‘Niet alleen vergeving, maar ook bevrijding van de macht van de zonde.’ Hij laat zien hoe God al onze zonden van verleden, heden en toekomst op Jezus legde, ‘de enige die nooit zonde heeft gekend.’ Zo werd Jezus behandeld als de grootste zondaar, zodat wij worden behandeld als rechtvaardigen. ‘Hij riep: Het is volbracht! En dat betekent dat er niets meer tussen ons en Gods hart staat.’
Leander sluit af met een oproep tot dankbaarheid. ‘Je bent schatrijk,’ zegt hij, ‘want je bent geliefd, vergeven en vrij. Dat alles tot lof van de heerlijkheid van Zijn genade. Voor Zijn glorie leef je, nu en voor eeuwig.’
Bekijk ook de eerste lezing van de avond